Navigating the invisible patterns of exclusion

‘Navigating the invisible patterns of exclusion’ (plenary lecture), LNVH-NWO symposium: Pump up your Career (more than 500 scholars were present), 19 November 2015, Amersfoort. (Report of the lecture in Dutch.)

Ik ben dol op mooie elegante schoenen, liefst met hak. Stijlvolle jurkjes, gelakte nagels en een vleugje lipgloss – ik kleed mij graag op en top vrouw. Dat ik een gepassioneerd historica ben blijft mensen verbazen. “Jij, historica?” “Dat zijn toch altijd stoffige types met bril?”

Mocht ik mij ooit als vrouwelijke vrouw in de academische wereld ‘anders’ gevoeld hebben, een outsider of soms zelfs Fremdkörper – inmiddels voel ik mij gesteund door, en verbonden met, honderden andere mooie, elegante vrouwen die in de wetenschap actief zijn. Want als ik vorige week tijdens het door NWO en het Landelijk Netwerk Vrouwelijke Hoogleraren (LNVH) georganiseerde “Pump your Career 2015” één ding geleerd heb, is dat er ontzettend veel briljante, leuke vrouwelijke wetenschappers en bestuurders in Nederland actief zijn. Van psychologen en sociologen tot cardiologen en werktuigbouwkundigen, van medisch specialisten tot (kunst)historici en archeologen: het wemelde van de mooie, elegante, gepassioneerde en bovenal ambitieuze vrouwen tijdens de driejaarlijkse Talent Day voor vrouwen in de wetenschap in de Rijtuigenloods in Amersfoort. En zoals dagvoorzitter Eva Jinek terecht stelde: de enorme hoeveelheid ‘brains’ in de zaal was indrukwekkend, intimiderend zelfs.

Vrouwen in de wetenschap

Nu denkt u misschien – leuk hoor, dat jij een donderdag besteedt aan vrouwen bewonderen, maar wat heeft dit met geschiedenis/historici te maken? Of, – ook goed mogelijk – oh nee he, ik heb geen zin in weer zo’n feministisch pleidooi, ik klik vlug dit scherm weg. Maar nee, houd vol! Een dergelijk feministisch betoog is absoluut niet mijn bedoeling. Natuurlijk vind ook ik de statistieken zoals gepresenteerd in de Monitor Vrouwelijke Hoogleraren 2015 schokkend. Nederland staat zo goed als onderaan in de Europese ranking van vrouwelijke hoogleraren: enkel Litouwen, Tsjechië en Cyprus staan onder ons! En hoewel er zeker progressie zichtbaar is (het aantal vrouwelijke hoogleraren groeit aan vrijwel alle universiteiten en umc’s), is er nog steeds sprake van ongelijkheid: vrouwen verdienen gemiddeld minder en zijn nog altijd ondervertegenwoordigd in de hoogste niveaus van academisch management. Zelf heb ik echter voornamelijk positieve ervaringen. Met momenteel een vrouwelijke eerste promotor, en in mijn eerdere functies werkzaam voor een vrouwelijke directeur van de Graduate School of Humanities, als ook voor een vrouwelijk hoofd van het onderwijsbureau, ben ik geschoold in een omgeving waar vrouwen wel degelijk zeer zichtbaar en succesvol zijn. Stuk voor stuk vrouwen die ik als inspirerend beschouw. Dat brengt mij terug naar mijn verslag van PumpYourCareer 2015, want wat ik met het historici-publiek wilde delen, is de lezing van, naar mijn mening, een van de meest inspirerende vrouwelijke wetenschappers in Nederland, Halleh Ghorasi.

Dare to be different

Halleh Ghorashi werd geboren in Iran, kwam in 1988 naar Nederland en is sinds 2012 hoogleraar Diversiteit en Integratie aan de VU en ook in de context van Pump Your Career gaf ze een pleidooi voor meer diversiteit, in het genderdebat wel te verstaan. Naar eigen zeggen is ze geen standaardvoorbeeld van een vrouw die carrière maakt vandaag de dag –  haar CV vertoont bijvoorbeeld een groot gat tussen het afronden van haar middelbare schooltijd in Iran en de aanvang van haar studie in Nederland. Daarnaast onderscheidt haar Iraanse afkomst haar van “Nederlandse”  hoogleraren. Dat wil echter niet zeggen dat ze niet enorm succesvol (en populair) is, en júist een rolmodel.

Opvallend was haar kritische houding tijdens het Pump Your Career evenement. Waar de andere vrouwelijke hoogleraren en bestuurders soms bleven hangen in hun ietwat huis-tuin-keuken (sorry, ik kon het niet anders omschrijven) tips and tricks, ging Halleh gelijk inhoudelijk van start. Kern van haar verhaal: Dare to tell different stories, dare to be playful and dare to go beyond normative structures! Is dat niet naar ons aller historisch hart? In een sterk betoog, refererend aan hoe machtsstructuren van in- en uitsluiting ontstaan (namelijk door herhaling en reproductie), pleitte ze voor meer ruimte voor reflectie. In haar eigen woorden: “delayed in-between space to reflect”. Want een van de vragen die zij het publiek stelde was: Hoe lossen we de ontstane ongelijke machtsverhouding op? Hoe normaliseren we die structuren? Hoe bewerkstelligen we werkelijk verandering, en wat zijn de voorwaarden? (En nee, deze vragen zijn natuurlijk niet enkel voor vrouwen bedoeld!)

Kern is: meer aandacht voor diversiteit! Door het snelle, haastige (werkende) leven dat we vandaag de dag leven, komen we niet (meer) toe aan reflectie. We zijn blind geworden, kunnen lang niet altijd verschillen onderscheiden, benoemen en waarderen, en zijn daardoor niet in staat diversiteit (in positieve zin) in verhalen en ervaringen naar voren te halen. Dat betreft natuurlijk niet enkel de vrouwen in de wetenschap, maar de samenleving in de meest brede zin. 

Juist door aandacht te besteden aan wat er in de marge is gebeurd, of nu plaatsvindt, kunnen de bestaande machtsstructuren bekritiseerd en aangevallen worden, zo stelt Ghorashi, en dat illustreerde ze aan de hand van zwarte immigranten in de V.S.. Weggezet in de marge wist deze bijzondere minderheid door het produceren en vertellen van haar eigen geschiedenissen en ervaringen juist vanuit de marge uiteindelijk meer aandacht te genereren voor haar verleden, in het bijzonder het slavernijverleden. Ze bleven niet in hun slachtofferrol hangen, maar gaven als outsiders, via andere kanalen (literatuur, muziek, oral history) hun historie door. Ze waren in die zin ‘change agents’ of ‘change ambassadors’ – en bieden in die rol inspiratie voor allen die nu in Nederland botsen met de bestaande machtsstructuren, of het nu om vrouwen of om bijvoorbeeld allochtonen gaat (en zeker ook allochtone vrouwen). Het is precies het produceren van andere verhalen, tegengeluiden, vanuit de marge, wat nodig is in 2015. In Halleh’s woorden: “Replacing men is just one side of the story, inspiring stories of change are the other side”.

Dare to go beyond normative structures

Scherp was Halleh’s kritiek op het huidige financieringsmodel voor wetenschappers. In haar tijd, zo stelde ze, waren er veel meer kansen dan nu. Meer mogelijkheden, meer ruime voor creativiteit. Nu moet iedereen zich conformeren aan de vaste kaders van excellentie, er is geen ruimte meer voor speelsheid. In het geval van vrouwen is dit problematisch. Vrouwen passen doorgaans niet direct binnen de door mannen opgestelde kaders. Vrouwen zijn anders. Vrouwen stellen zich bijvoorbeeld eerder kwetsbaar op. Maar, aldus Halleh, dit is juist een van de vrouwelijke krachten! Het delen van kwetsbaarheid, het solidair zijn met elkaar: het kan een verhaal worden voor de volgende generatie!

Met name de vrouwen die een hoge positie bekleden, met andere woorden zij die het zich kunnen permitteren om tegen de bestaande machtsstructuren te ageren, moeten in actie komen. (Madeleine Albright zei ooit: “There is a special place in hell for women who don’t help other women.”) Want, wat is belangrijker? Excellent zijn, naar vooraf vastgestelde maatstaven? Of juist kritisch durven zijn? Uiteindelijk is het ideaal net zo goed diversiteit als gelijkheid. Om nog maar een keer een citaat er in te gooien uit de lezing: “Nobody is perfect. But some have the opportunity to be more perfect than others. And that is problematic.” Ja. Zeker.

Hoe dit dan op te lossen? Hoe die zo gewenste diversiteit in de academische wereld te bewerkstelligen? Herhaling is de sleutel tot uiteindelijke verandering volgens vooraanstaande sociologische studies, zo stelde Halleh. Verandering is niet ad hoc, plotseling een bliksemflits, een oerknal, maar verandering gaat in golven en het (jezelf) herhalen is cruciaal. Dus bij deze mijn bijdrage: herhaling van de schreeuw om diversiteit! Want ligt hier voor ons als historici, als Geesteswetenschappers niet juist een taak? Zijn wij het niet, die als geen andere discipline oog hebben voor ‘de ander’, voor ‘diversiteit’, voor de historische strijd om gelijke rechten, voor het kritisch reflecteren op bestaande machtsstructuren en bovenal het onder de aandacht brengen van andere, marginale verhalen en ervaringen?